FUNDA: ACHTER DE GEVEL
30/09 4 minuten

Verhalen

FUNDA: ACHTER DE GEVEL

Achter sommige huizen op Funda schuilt een mooi verhaal. Of het nu gaat om een bijzondere geschiedenis of persoonlijke herinneringen van bewoners, in deze serie brengen we ze voor het voetlicht. Deze keer nemen we een kijkje op de Oude Delft 143, gebouwd in 1624 en inmiddels een rijksmonument dat vier eeuwen geschiedenis in zich draagt. 

‘Hier voel ik me onderdeel van de stad’ 

Het huis op de Oude Delft 143 kende door de eeuwen heen vele bewoners en functies: van statige woning voor welgestelde Delftenaren tot boekhandel, en van krantenredactie tot onderduikadres tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het pand ligt tegenover de Nieuwstraat en kijkt uit op het achttiende-eeuwse Meisjeshuis en de kapel die daar ooit bij hoorde.

Een lange geschiedenis in het kort
Rond 1933 opende hier Boekhandel Voorwaarts, later A.P. Boekhandel, met op de eerste verdieping de redactie van de krant Het Vrije Volk. Tijdens de Tweede Wereldoorlog bood het beschutte achterhuis van Oude Delft 143 een veilige schuilplaats aan Canadese vliegers. Delftenaren hielpen hen daar uit handen van de Duitse bezetter te blijven. Dankzij de ligging aan de Oude Delft bleven ze toch verbonden met het stadse leven en waren ze snel op de hoogte. Na de oorlog bleef de boekhandel decennialang actief, tot het pand in 1970 werd verkocht aan de huidige bewoners.

Een bezichtiging om nooit te vergeten
‘We waren eigenlijk meteen verliefd op deze plek’, vertelt Pieter van der Kuur. Samen met zijn vrouw is hij al ruim 55 jaar de trotse eigenaar van dit bijzondere huis. ‘Het pand was zwaar verwaarloosd. Precies wat we zochten, want daardoor konden we het betalen en zelf bepalen wat we zouden behouden.’

De eerste bezichtiging had echter een onverwachte wending. ‘Toen we klaar waren met rondkijken en buiten op de brug stonden te overleggen, kregen we ineens allebei jeuk op onze benen. We trokken onze broekspijpen omhoog en zagen meteen wat de jeuk veroorzaakte: vlooien! We konden er toen nog niet om lachen, maar desondanks waren we overtuigd: dit huis wilden we hebben.’

Verbouwen in fases
Het was meteen duidelijk dat de verbouwing een groot project zou worden. ‘Het plafond was verwaarloosd, het stucwerk slecht en de redactie had zo vaak met de benen omhoog op een stoel gezeten dat er twee gaten in de vloer waren ontstaan.

En dan was er nog de kelder, waarvan de eigenaar van de boekhandel niet eens wist dat die bestond. Er was zoveel puin gestort dat het onmogelijk was om beneden te komen.’

Ze begonnen met het leeghalen van het pand, herstelden originele details en kozen ervoor om in fases te werken. ‘Telkens als er een kind werd geboren, namen we een nieuwe kamer onder handen.’

Puzzelen met vloerplanken
Een van de grootste projecten was het restaureren van de originele houten vloer, afkomstig uit een zaagmolen van de Zaanse Schans. ‘We hebben de planken omgedraaid en opnieuw laten schuren’, vertelt Pieter. ‘Dat heeft drie parketschuurders gekost. Elke plank liep taps toe en had een unieke maat, dus we hebben ze allemaal genummerd, anders zouden ze niet meer passen. Het was een hele puzzel, elke vloer vergde drie maanden.’

Ook de eiken wenteltrap bleek een groot project te worden. ‘Van beneden naar zolder liep de wenteltrap rechtsom en vanuit de kelder kwam deze linksom. Dit was een aanwijzing dat er een halve verdieping was: een insteek in het huis’, legt Pieter uit. Samen brachten ze de halve verdieping terug in het huis.

Het werd Pieters favoriete ruimte. ‘Vanuit hier kijk je naar de straat én naar de tuin. Het is licht, rustig en toch verbonden met de stad. Jarenlang was het mijn werkkamer, waar ik alles meekreeg van buiten zonder de deur uit te hoeven gaan. Ik voel me hier onderdeel van de stad.’

Van grote kluis tot extra huis
Later konden ze ook het achterhuis kopen. Daar zat ooit de gemeenteontvanger van Delft (die onder andere de gemeentebelastingen inde), die er een enorme, zwaarbeveiligde kluis had laten bouwen. ‘Die kluis was 3 bij 3 meter, echt een bunker. We hebben drie slopers nodig gehad om hem eruit te krijgen.’

En zo is het huis eindelijk compleet, met voorhuis, binnenplaats, achterhuis en achtertuin. En dat allemaal midden in hartje Delft. ‘Het huis ligt pal aan de Jeronymusbrug, ooit het hart van de vismarkt. We hebben koninklijke begrafenissen voor de deur gehad, alle feesten meegemaakt en nog veel meer’, zegt Pieter. ‘Dat ga ik missen.’

Een moeilijk afscheid
Na 55 jaar nemen Pieter en zijn vrouw afscheid van het huis, vooral om gezondheidsredenen. ‘Dit huis werd ons thuis. We blijven in Delft, maar gaan kleiner wonen.’ Ze hopen dat de nieuwe bewoners het huis waarderen en er met dezelfde zorg naar omkijken. ‘De charme zit in de combinatie van de plek, de indeling én de eeuwen geschiedenis die hier voelbaar zijn.’

Dromen met Redres